Dag 16/26-4-2016
26 april 2016 - Arès, Frankrijk
Kunnen twee ronkende kerels in één kamer wel slapen als ze soms ook nog in één bed liggen?
Dat is de prangende vraag van mijn zus Dilly vandaag.
Het antwoord is eenvoudig: het is precies zoals bij jou, jij slaapt ook met zo'n figuur in één bed ....
Maar goed, ik hoor soms nog net dat Harry niet snurkt bij het in slaap vallen, maar dat hij wel bijzonder naargeestige geluiden maakt, het is meer een soort klagend gejank, zal ik maar zeggen. Maar meteen daarop ben ik ook vertrokken, zonder oordopjes.
Soms is het bed zo smal dat ik Harry 's nacht een por moet geven om mijn plek te heroveren en omgekeerd.
De verstandhouding heeft daar tot nu toe niet merkbaar onder te lijden.
Vandaag begon de dag met een gerantsoeneerd ontbijtje: een croissantje en een stuk stokbrood. De hotelgast naast me at zijn schaaltje niet leeg en ging weg. Onwillekeurig schoot mijn hand schielijk schuins naar rechts en hebbes: zijn stokbroodje lag op mijn bord. Meer stokbrood zat er niet in in dit hotel.
Het tweede opmerkelijke feit was dat we in pak moesten. Het regende namelijk. De derde regenbui in drie weken ... Mooi gemiddelde toch? Zeker vergeleken bij wat jullie in Nederland ondergaan.
Vanuit een regenachtig Soulac sur Mer vertrokken we dus richting het zuiden. Zoals ik eerder al vertelde, hebben we besloten om de kustroute te volgen.
Met de westenwind was dat vandaag goed te doen, ook al omdat het in de loop van de morgen opklaarde.
Het was een heel bijzondere gewaarwording, die route parallel aan de Atlantische kust.
De omgeving vertoonde trouwens een treffende gelijkenis met het Beekhuizerzand onder Harderwijk. Veel stuifzand, ook op het fietspad, alleen maar naaldbomen, stukken verdroogd bos met wit uitgedroogde boomstammen die als staketsels nog overeind stonden of moedeloos neergezakt waren.
En nog een opvallende gelijkenis: een zwaar klinkend geruis. Op het Beekhuizerzand komt dat vanaf de A28, van het inmiddels tientallen jaren daar voortrazende verkeer.
Hier kwam het door het geluid van de al sinds mensenheugenis af- en aanrollende golven van de onvermoeibare Atlantische Oceaan.
Hebben jullie iets gezien van de Zilverkust/Geldkust daar, vraagt Trudy. Nou, helaas, we hebben vandaag alleen maar bomen en stuifzand gezien en dat gedurende een dikke 100 km.
Dan kreeg ik vandaag nog een wat late tip van Hans om bananen te kopen. We hebben toch al zeker een paar dozen opgemaakt in de afgelopen vijftien dagen.
Een zeer eentonige rit was het wel vandaag. Het was echt een route om lekker op te schieten en dat is zeker gelukt.
Want na 115 km kwamen we om 18.00 uur aan in Arès. Vanaf de kust zijn we dus weer meer in het binnenland beland zodat we de Pyreneeën op de goede manier kunnen benaderen.
Een eerdere vraag was waar we dat gebergte gaan bedwingen. Nu, we gaan via St. Jean-Pied-de-Port, de kortere route die ook iets makkelijker is dan de die over de Col du Somport.
We hebben nog een driehonderd km om ons daar geestelijk op voor te bereiden ....
Dat is de prangende vraag van mijn zus Dilly vandaag.
Het antwoord is eenvoudig: het is precies zoals bij jou, jij slaapt ook met zo'n figuur in één bed ....
Maar goed, ik hoor soms nog net dat Harry niet snurkt bij het in slaap vallen, maar dat hij wel bijzonder naargeestige geluiden maakt, het is meer een soort klagend gejank, zal ik maar zeggen. Maar meteen daarop ben ik ook vertrokken, zonder oordopjes.
Soms is het bed zo smal dat ik Harry 's nacht een por moet geven om mijn plek te heroveren en omgekeerd.
De verstandhouding heeft daar tot nu toe niet merkbaar onder te lijden.
Vandaag begon de dag met een gerantsoeneerd ontbijtje: een croissantje en een stuk stokbrood. De hotelgast naast me at zijn schaaltje niet leeg en ging weg. Onwillekeurig schoot mijn hand schielijk schuins naar rechts en hebbes: zijn stokbroodje lag op mijn bord. Meer stokbrood zat er niet in in dit hotel.
Het tweede opmerkelijke feit was dat we in pak moesten. Het regende namelijk. De derde regenbui in drie weken ... Mooi gemiddelde toch? Zeker vergeleken bij wat jullie in Nederland ondergaan.
Vanuit een regenachtig Soulac sur Mer vertrokken we dus richting het zuiden. Zoals ik eerder al vertelde, hebben we besloten om de kustroute te volgen.
Met de westenwind was dat vandaag goed te doen, ook al omdat het in de loop van de morgen opklaarde.
Het was een heel bijzondere gewaarwording, die route parallel aan de Atlantische kust.
De omgeving vertoonde trouwens een treffende gelijkenis met het Beekhuizerzand onder Harderwijk. Veel stuifzand, ook op het fietspad, alleen maar naaldbomen, stukken verdroogd bos met wit uitgedroogde boomstammen die als staketsels nog overeind stonden of moedeloos neergezakt waren.
En nog een opvallende gelijkenis: een zwaar klinkend geruis. Op het Beekhuizerzand komt dat vanaf de A28, van het inmiddels tientallen jaren daar voortrazende verkeer.
Hier kwam het door het geluid van de al sinds mensenheugenis af- en aanrollende golven van de onvermoeibare Atlantische Oceaan.
Hebben jullie iets gezien van de Zilverkust/Geldkust daar, vraagt Trudy. Nou, helaas, we hebben vandaag alleen maar bomen en stuifzand gezien en dat gedurende een dikke 100 km.
Dan kreeg ik vandaag nog een wat late tip van Hans om bananen te kopen. We hebben toch al zeker een paar dozen opgemaakt in de afgelopen vijftien dagen.
Een zeer eentonige rit was het wel vandaag. Het was echt een route om lekker op te schieten en dat is zeker gelukt.
Want na 115 km kwamen we om 18.00 uur aan in Arès. Vanaf de kust zijn we dus weer meer in het binnenland beland zodat we de Pyreneeën op de goede manier kunnen benaderen.
Een eerdere vraag was waar we dat gebergte gaan bedwingen. Nu, we gaan via St. Jean-Pied-de-Port, de kortere route die ook iets makkelijker is dan de die over de Col du Somport.
We hebben nog een driehonderd km om ons daar geestelijk op voor te bereiden ....
Ik zou wel eens willen weten, waarom zijn de zeeen zo diep
Misschien tot geluk van de vissen
Die het water zo slecht kunnen missen
Of tot meerdere glorie van God die de wereld schiep
Daarom zijn de zeeen zo diep
Jules de Corte tweede couplet
Ik zou wel eens willen weten waarom is Compostella zo ver
Misschien voor twee Epese fietsers, zij kunnen het weten
Misschien ook om de stapels pizza's te vergeten
Of tot meerdere glorie van Harry en Gert die op afstand de pyreneeen zien
Daarom is Santiago de Compostella zo ver
(eigen werk)
trusten en niet ronken
Groet,
Ria